Stadsmobiliteit, dat is traag en circulair

Stadsmobiliteit, dat is traag en circulair

De stadsmobiliteit herinrichten? Houd dan volgende regel aan: first slow, then shared and finally private owned.

Als je de beschikbare oppervlakte waarin mensen zich kunnen verplaatsen opnieuw gaat indelen, geef dan in de eerste plaats ruimte aan de wandelaars, fietsers en steps, de zogenaamde slow mobility. Vervolgens kan je ruimte voorzien voor gedeelde mobiliteit (shared mobility), zoals het openbaar vervoer. En pas als er dan nog ruimte over is, laat je de private owned mobility toe, de personenwagens dus. In de praktijk vertaalt dit zich in zogenaamde “multi-mobility streets”, waarbij er in één straat, als deze voldoende ruim is, plaats voorzien wordt voor de drie typen vervoersmiddelen. Is er te weinig plaats voor de drie, respecteer dan altijd bovengenoemde volgorde in het maken van je keuze.

Steden zoals Kopenhagen (Denemarken) die deze aanpak hanteren, zien het aantal wagens per 1000 inwoners drastisch dalen, en het aantal inwoners stijgen. Bovendien komt het de leefbaarheid van steden ten goede, en zijn mensen gelukkiger en gezonder! Of om het met de profetische woorden van Brent Toderian, een Canadese stadsplanner, te verduidelijken:

“Good cities know that streets are for people, not just cars. Great cities know that streets are places to linger & live, not just to move through”.

Maar, mobiliteit is geen opzichzelfstaand fenomeen, het hangt nauw samen met wonen, werken en retail.

Slow mobility kan pas echt voorrang krijgen als zaken zoals werk, retail, en jawel, ook horeca, voldoende vertegenwoordigd zijn in de nabijheid van de woonst. Daarom zullen we ons leven circulair moeten gaan inrichting i.p.v. lineair. België is vandaag met zijn lintbebouwing het toppunt van een lineaire levensstijl waarbij we door de jaren heen steeds verder uit elkaar gaan wonen zijn, steeds verder weg van werk, steeds verder weg van retail. Geen probleem, want koning auto bracht ons in no time waar we moesten zijn...

Maar tijden zijn veranderd, en vandaag stellen we vast dat we voor de meest banale zaken, zoals het kopen van een brood voor morgenvroeg (Bart Peeters), ons met de wagen moeten verplaatsen. Steeds meer verplaatsingen van steeds meer mensen resulteren in de immobiliteit zoals we die vandaag kennen. We rijden ons letterlijk vast met deze lineaire manier van leven. Wil men steden terug leefbaar maken, en tegelijkertijd het mobiliteitsprobleem oplossen, dan moet er dus gezocht worden naar een combinatie van de juiste mobiliteitsoplossingen met het terugbrengen van lokale handel, horeca en werk. Hierin kunnen en moeten lokale stadsbesturen een belangrijke rol spelen. Willen ze straks een leefbare stad waar mensen graag wonen? Dan moeten ze zorgen voor voldoende lokale retail en co-working spaces, pas dan gaan ze erin slagen om ook de mobiliteit op orde te krijgen, en de stad weer leefbaar te maken.

Ik ben er trouwens van overtuigd dat we in de toekomst variabel belast zullen worden in functie van waar we wonen, met de daaraan gekoppelde nabijheid van werk en retail, en de gebruikte mobiliteitsoplossingen.

Bijgevolg zullen de vastgoedprijzen, op locaties die op deze punten goed scoren, stijgen. Steden en gemeenten weten dus wat hen te doen staat: ervoor zorgen dat de woonhotspots ook retail- en werkhotspots worden met aangepaste mobiliteitsoplossingen.

Slagen ze er niet in om retail, werk en mobiliteit op een goede manier te regelen en samen te brengen, dan zullen de mensen massaal wegtrekken. Met name voor kleinere steden en gemeenten wordt dit voor de toekomst één van de grootste uitdagingen, zij riskeren het om verweesd achter te blijven met een steeds oudere bevolking.

Het mobiliteitsvraagstuk oplossen is dus niet zo eenvoudig, en sterk afhankelijk van heel wat andere factoren. Ook is heel wat meer nodig om het mobiliteitsprobleem op te lossen dan enkel nieuwe technologie zoals elektrificatie, autonoom rijden of gedeelde mobiliteit. Willen we het mobiliteitsprobleem echt oplossingen, dan moeten we ook onze manier van wonen, werken en kopen in vraag durven stellen. Misschien zit de echte mobiliteitsoplossing wel in de gedragsverandering van de mensen, en niet in de mobiliteitsoplossingen?

Categorie

Over de auteur

Jeroen Vertongen

Trainer & keynote speaker

Jeroen Vertongen is een automotive ondernemer pur sang, sinds 1999.
Hij startte zijn loopbaan in het garagebedrijf van zijn ouders. Dat werd hem snel te klein, en in 2007 deed hij de overname van zijn toenmalige grossier in auto-onderdelen. Dit bouwde hij uit, en zette het met erg unieke sterktes, zoals opleiding en diagnose assistentie, danig stevig in de markt. Jeroen ontwikkelde in die periode ook de garageconcepten Qualitygarage en Moobi.


In 2017 verkocht hij alles, en plooide hij zich volledig terug op zijn passie, opleiding en keynotes geven.
Jeroen is een gepassioneerd ondernemer die opportuniteiten in de markt ziet. Technologische ontwikkelingen op gebied van automotive en mobiliteit zijn zijn dada, maar ook het veranderend consumentengedrag houdt hij nauwlettende in de gaten.

LinkedInhomepage